Ellen White beschrijft in Getuigenissen voor de Kerk, volume 7, fundamentele punten voor geestelijk succes in de gemeente. Deze punten tonen het belang van evangelisatie, dienstbaarheid, liefde, onderwijs en gebed in de gemeente. Door deze tien basiselementen te volgen zal God de gemeente versterken in haar geestelijke groei.
Meer aandacht voor de verlorenen
Negentig procent van onze inspanningen zouden gericht moeten zijn op de verlorenen, niet op de leden. "God heeft Zijn zegeningen onthouden"(i) omdat we deze prioriteit hebben genegeerd. Als werk voor verlorenen de belangrijkste focus zou worden voor de gemeente, dan zouden we op basis van Gods beloften grote geestelijke vooruitgang kunnen verwachten.
"Welk mens onder u die honderd schapen heeft en er één van verliest, verlaat niet de negenennegentig in de woestijn en gaat achter het verlorene aan, totdat hij het vindt? En als hij het gevonden heeft, legt hij het vol blijdschap op zijn schouders. En als hij thuiskomt, roept hij zijn vrienden en buren bijeen en zegt tegen hen: Wees blij met mij, want ik heb mijn schaap gevonden, dat verloren was. Ik zeg u dat er evenzo blijdschap zal zijn in de hemel over één zondaar die zich bekeert, meer dan over negenennegentig rechtvaardigen, die de bekering niet nodig hebben" Lukas 15:4-7
Lukas benadrukt de waarde van het zoeken naar de verlorenen en het vreugdevolle resultaat van het vinden van zelfs één verloren ziel. Het illustreert het belang van het prioriteren van het evangelisatiewerk om degenen die nog niet tot geloof zijn gekomen, te bereiken.
Minder tijd met de kerk
Zodra een nieuwe kerk is georganiseerd en de leden aan het werk zijn, "moet de predikant doorgaan naar andere even belangrijke velden"(ii) Leden zouden bevriend moeten raken met hun buren, tijd met hen doorbrengen in hun huizen om aan hun behoeften te voldoen en, in stille nederigheid, hen naar Christus verwijzen.
"Want Ik had honger en u hebt Mij te eten gegeven; Ik had dorst en u hebt Mij te drinken gegeven; Ik was een vreemdeling en u hebt Mij gastvrij onthaald. Ik was naakt en u hebt Mij gekleed; Ik ben ziek geweest en u hebt Mij bezocht; Ik was in de gevangenis en u bent bij Mij gekomen" Mattheüs 25:35-36.
Deze passage in Mattheüs benadrukt het belang van het dienen en zorgen voor anderen in nood, en het leert ons dat we Christus kunnen ontmoeten in de behoeftige mensen om ons heen. Laten we daarom tijd doorbrengen met onze buren, hun behoeften begrijpen en hen naar Christus leiden door middel van dienstbaarheid en liefde.
De Heere Jezus is onze kracht en ons geluk, de grote voorraadkamer waaruit mensen bij elke gelegenheid kracht kunnen putten. Als we Hem bestuderen, over Hem spreken, meer en meer in staat zijn om Hem te zien - als we gebruik maken van Zijn genade en de zegeningen ontvangen die Hij ons aanbiedt, hebben we iets waarmee we andere kunnen helpen. Vervuld van dankbaarheid delen we aan anderen de zegenening mee die ons uit vrije wil zijn gegeven. Door te ontvangen en door te geven groeien we in genade.
Meer behoefte aan korte preken
Sabbatpreken zijn gepast zolang ze de heiligen niet vermoeien en vol leven en de liefde van Christus zijn.
"Een woord op het juiste moment gesproken, is als gouden appels in zilveren schalen" Spreuken 25:11.
Deze spreuk benadrukt het belang van timing en de kracht van een goed geplaatst en beknopt woord. Woorden die op het juiste moment worden uitgesproken zijn net zo waardevol en verfrissend zijn als gouden appels in prachtige zilveren schalen. Het houden van korte en krachtige preken die aansluiten bij de geestelijke behoefte van de gemeente is belangrijk voor het versterken van de gemeente. Het is belangrijk dat we de luisteraars niet vermoeien, maar woorden spreken vol leven en over de liefde van God.
Ellen White zegt dat het voor predikanten beter is om "zorgvuldig uitgewerkte toespraken, in korte gesprekken, recht op het doel af" te geven. "Denk niet dat als je een onderwerp eenmaal hebt behandeld, je direct naar andere punten kunt gaan en dat de toehoorders alles wat is gezegd zullen onthouden. Het gevaar is dat de predikant te snel van punt naar punt gaat. Geef korte lessen in duidelijke, eenvoudige taal en herhaal ze regelmatig"(iii).
Meer behoefte aan onderwijs
De grootste hulp voor leden zou zijn hen te leren hoe ze voor God kunnen werken in plaats van afhankelijk te zijn van de predikant. "Laat de predikant meer van zijn tijd besteden aan educatie dan aan prediking. Laat hem het volk leren hoe ze anderen de kennis die ze hebben ontvangen, kunnen geven"(iv).
"De leden van de kerk, getraind om te vertrouwen op prediking, doen weinig voor Christus. Ze dragen geen vrucht, maar nemen eerder toe in egoïsme en ontrouw. Ze stellen hun hoop in de prediker en vertrouwen op zijn inspanningen om hun zwakke geloof levend te houden. Omdat de kerkleden niet goed zijn onderwezen door degenen die God als opzieners heeft aangesteld, zijn velen luie dienaren, die hun talenten in de aarde verbergen en nog steeds klagen over de manier waarop de Heer met hen omgaat. Ze verwachten verzorgd te worden als zieke kinderen"(v).
Laten we daarom dagelijks de tijd nemen om de Bijbel te bestuderen en te overdenken. Laten we het onze raadgever maken in alle aspecten van ons leven. Het is onze anker in tijden van onzekerheid, onze bron van hoop in tijden van twijfel en onze gids op het pad van rechtvaardigheid.
Met de kracht van Bijbelkennis kunnen we standvastig blijven te midden van de stormen van het leven en de leugens van de vijand weerstaan. Het is onze enige echte hoop in een wereld die vaak verward en misleidend kan zijn.
Minder aandacht voor conflicten
Voortdurend focussen op conflictbeslechting leidt tot zwakke kerken. Veel predikanten en kerken maken de fout te veel aandacht te schenken aan het oplossen van conflicten tussen leden. Dat is een strategie van satan om de kerk afgeleid te houden.
Jezus gaf ons expliciete regels voor onze omgang met elkaar bij conflicten. Jezus zegt dat "als uw broeder tegen u gezondigd heeft, ga naar hem toe en wijs hem terecht tussen u en hem alleen; als hij naar u luistert, hebt u uw broeder gewonnen. Maar als hij niet naar u luistert, neem er dan nog een of twee met u mee, opdat in de mond van twee of drie getuigen elk woord vaststaat. Als hij niet naar hen luistert, zeg het dan tegen de gemeente. En als hij ook niet naar de gemeente luistert, laat hij dan voor u als de heiden en de tollenaar zijn" Mattheüs 18:15.
Door een stapsgewijze benadering biddend te volgen, wordt de nadruk gelegd op het oplossen van conflicten op een constructieve en Bijbelse manier. Dit vermindert de behoefte aan uitgebreide conflictbeheersing, omdat de meeste conflicten opgelost kunnen worden in een vroeg stadium, voordat conflicten escaleren tot grotere problemen die meer inspanning vergen om op te lossen.
Meer geduld in het werk
We moeten werken met christelijk geduld, proberen anderen aan te moedigen en van degenen die buiten de kerk zijn te houden.
Het is belangrijk dat we bidden om geduld en wijsheid. Vraag God om te helpen groeien in geduldige liefde voor anderen, vooral wanneer ze moeilijk zijn of anders denken. Laten we daarin ook volharden.
"En laten wij niet moe worden goed te doen, want te zijner tijd zullen wij oogsten, als wij het niet opgeven" Galaten 6:9.
Minder interne focus
Kleine groepen moeten worden gevormd voor evangelisatie en ook voor zorg voor leden.
"Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen. En zie, Ik ben met u al de dagen, tot de voleinding van de wereld. Amen." Mattheüs 28:19-20.
Deze tekst, vaak aangeduid als de Grote Opdracht, benadrukt het belang van het verkondigen van het evangelie aan alle volken en het maken van discipelen. Het herinnert ons eraan dat ons werk niet beperkt moet blijven tot interne zorg, maar dat we geroepen zijn om het evangelie actief te verspreiden en anderen te onderwijzen in de leer van Jezus Christus.
Meer volharding in gebed
Ernstig gebed moet worden gedaan voor ongelovigen. Twee of drie leden moeten samenkomen "en met God smeken voor de redding van iemand in het bijzonder"(vi).
"Ik roep er dan vóór alles toe op dat smekingen, gebeden, voorbeden en dankzeggingen gedaan worden voor alle mensen, voor koningen en allen die hooggeplaatst zijn, opdat wij een rustig en stil leven zullen leiden, in alle godsvrucht en waardigheid. Want dat is goed en welgevallig in de ogen van God, onze Zaligmaker, Die wil dat alle mensen zalig worden en tot kennis van de waarheid komen" 1 Timotheüs 2:1.
Onze gebeden moet uitgaan naar God voor alle mensen, inclusief ongelovigen en het streven naar hun redding. Het moedigt ons aan om volhardend te bidden en samen te komen om te smeken voor de redding van anderen, in lijn met het gebed en de hoop dat mensen uiteindelijk de waarheid van het evangelie zullen leren kennen en gered zullen worden.
Meer discipelen
Nieuwe bekeerlingen kunnen meteen krachtige zielenwinnaars worden. Nieuwe bekeerlingen mogen niet worden tegengehouden in het werk van de bediening.
"Laat ieder de anderen dienen met de genadegave zoals hij die ontvangen heeft, als goede beheerders van de veelsoortige genade van God" 1 Petrus 4:10.
Elke gelovige heeft een gave gekregen van God om anderen te dienen. We moeten anderen toerusten om discipel van Jezus te zijn en te getuigen van Zijn werk. Het is niet aan ons om mensen tegen te houden in het uitvoeren van de bediening.
Slotwoorden over geestelijke groei
Als leden vervuld zijn van de kracht van God, zullen ze goed werk doen voor de gemeente. Een goed functionerende gemeente heeft vurige en frequente gebedssessies nodig. Het is belangrijk dat er getuigenissen van Gods goedheid zijn iedere sabbat. De focus van de gemeente moet gericht zijn op de verlorenen en niet op de heiligen. Dit zal uiteindelijk leiden tot geestelijke groei binnen de gemeente en de gemeente zal vruchtbaar zijn in haar werk.
Comentários